Aan de vooravond van de première van Het Einde is Nabij, een theatrale lezing over de productieve kracht van de melancholie namens mezelf en Johan Petit, los ik alvast met graagte een fragment op deze blog.
Waarom net dit fragment? Het betreft de inleiding van de lezing en geeft dus mogelijk antwoord op een aantal vragen waar u mogelijk mee zit, zoals daar zijn… Waarom net een lezing over dit thema? Waarom überhaupt een lezing (en niet pakweg een stuk toneel)? Waarom in godsnaam samen met die dekselse Johan Petit (die voor zover ik weet geen enkel uitstaans heeft met een edel thema als de melancholie)? Wat mag de inzet van die lezing dan wel zijn? En ga zo maar door.
Verder kan ik u alleen maar aanraden om te komen kijken. Enerzijds is het natuurlijk ‘maar’ een lezing (waarin Johan weliswaar al zijn vertelduivels ontbindt), maar anderzijds hebben Johan en ik nooit letterlijker uitgesproken waar we voor staan dan hier, net omdat het ‘maar’ een lezing is…
Zo heb ik mij in het verleden meermaals laten inspireren door melancholici naar mijn hart als Morrissey en Luc De Vos (een interview met die laatste vormt trouwens de rode draad doorheen de lezing en aan één van zijn songs ontleenden we onze titel), maar nooit eerder was ik in de mogelijkheid om het ook echt over hen te hebben. Dat doet mij veel deugd, kan ik u zeggen.
Maar laat de melancholie op zich u voldoende zijn om te komen kijken. Ik voerde enige jaren artistiek onderzoek naar dit fenomeen, (samen met tal van goede lieden van Luca Arts en KULEUVEN, de zogeheten onderzoeksgroep De Kunst v/h Gemis) zoekend naar een definitie voor de 21ste eeuw. Een strakke, allesoverstijgende omschrijving hebben we niet gevonden, maar we zijn er – al zeg ik het zelf – ongelooflijk goed in geslaagd iets tegenover Dr. Freud te plaatsen en het woord zodoende weg te kapen uit de klauwen van zij die het eenzijdig in de hoek van de geestesaandoeningen plaatsen. Dat is best straf eigenlijk.
Onze speellijst vind je HIER. Goed om weten is dat er nog een extra Antwerpse speelplek in de pijplijn zit. Hou diezelfde site in de gaten.
Beste groet, Adriaan
PS: Het fragment uit de lezing volgt na deze foto.
Adriaan hier. Wij kennen mekaar wel zo’n beetje. Net als jij ben ik theatermaker. Van een heel ander slag weliswaar. Al kent ons werk aan de basis best veel gelijkenissen.
Een belangrijk verschil echter, is dat mijn toneelstukken – en dan bedoel ik ook echt AL mijn toneelstukken – steevast ‘melancholisch’ worden genoemd. Zoals jij bekend staat als energiek en blij-optimistisch, is jou dat beslist nog nooit overkomen.
Nochtans gaat er misschien wel evenveel blij-optimisme schuil in mijn stukken als er melancholie schuilgaat in de jouwe. Al gebruik ik het woord ‘schuilgaan’ hier natuurlijk heel bewust.
Weet je wat straf is? Dat ik tot voor kort niet eens wist wat het woord ‘melancholie’ eigenlijk betekent. Ik leefde in de veronderstelling dat het van het Franse woord ‘mélange’ was afgeleid en dus ‘mengeling’ wil zeggen – melancholie als onzuivere mix van wanhopige gedachten en dito gevoelens – terwijl het van oorsprong een Griekse term is uit de medische sfeer. Voor de Oude Grieken was een melancholicus simpelweg ‘iemand met een teveel aan zwarte gal’.
Ook linkte ik het woord ‘melancholie’ altijd aan het woord ‘nostalgie’. Allicht omdat beide begrippen een beweging naar achteren in zich dragen. Nostalgie is zoveel als ‘verlangen naar vroeger (toen alles beter was)’, melancholie zou over verlangen naar ‘een verloren paradijs’ gaan, naar een staat van zijn die lichter is en makkelijker om dragen.
Nu vind ik – net als jij trouwens – bewegingen naar achteren doorgaans weinig interessant. Tenzij die beweging naar achteren wordt aangewend om vervolgens een fikse beweging naar voren te maken. Zoals het naar achteren trekken van het elastiek van een katapult noodzakelijk is om je steen zo ver mogelijk naarvoren te schieten. En het is daar dat ik wil zijn. Niet in het verleden. Maar hier en nu. Met de blik op de toekomst.
Ik heb geleerd hoe de betekenis van het woord ‘melancholie’ doorheen de eeuwen constant veranderd is. Dat opent mogelijkheden. Want bijgevolg is het dus niet pretentieus of onbescheiden om een eigen, hedendaagse definitie te gaan ontwikkelen.
En dat is precies wat ik van plan ben, want met de definitie die vandaag dominant is, kan ik écht niet leven. Die gaat terug op psychoanalist Sigmund Freud, die melancholie als een geestesziekte beschouwt, nauw verwant aan de depressie. Voornaamste verschil? Van een depressie kan je genezen, melancholie is voor het leven.
Mij lijkt melancholie iets anders en iets beters te zijn. Iets waar ik niet per se vanaf wil ook. Sterker nog, er zijn nogal wat mensen die ik meer melancholie zou willen aanraden. Zij die aan de macht zijn bijvoorbeeld. Melancholie vormt een uitstekende menselijke buffer tegen alle vormen van autoritair gedrag, omdat het wie zwak is of ziek, overgevoelig of lui, altijd mee aan boord zal willen houden.
Ik wil het begrip melancholie graag opentrekken. Het weghalen uit de strikt persoonlijke sfeer. De maatschappelijke dimensie ervan blootleggen. En ook en vooral wil ik onderzoeken waar melancholie een kracht kan zijn in plaats van een gebrek.
Beste Johan, je voelt mij al aankomen. Ik wil je hierbij graag uitnodigen om mee te doen. Niet zomaar, maar om de reden die ik daarnet aanhaalde: niemand die in jou een melancholicus zou vermoeden. Jij zou een ultiem geheim wapen kunnen zijn. En wie weet houden we er iets concreets aan over, een toneelstuk bijvoorbeeld, of, in het slechtste geval, een theatrale lezing. Maar laat ik niet op de zaken vooruitlopen.
Er is zonet een koffiebar opengegaan bij mij in de buurt. Hippe bedoening wel, maar ik wil het erop wagen. Zullen we daar eens afspreken om het erover te hebben?
Beste groet,
Adriaan